Streekplan

Een '''streekplan''' is een document dat in Nederland beschrijft wat er met de ruimte in (een deel van) een provincie mag gebeuren. Zo staat er in het streekplan onder meer waar steden en dorpen kunnen groeien en waar ruimte is voor landbouw, natuur en recreatie.

Betekenis van streekplannen

Provincies zijn niet geheel vrij de beschikbare ruimte in te vullen. Streekplannen moeten passen binnen de plannen die het rijk maakt voor Nederland. Net zoals de plannen van de gemeenten - bestemmingsplannen - moeten stroken met de provinciale streekplannen.

Bij de ruimtelijke inrichting van Nederland spelen verschillende overheden een rol:
# De landelijke overheid stelt zogenaamde ''planologische kernbeslissingen'' (pkb's). Daarin staan globaal de uitgangspunten voor de verdeling van ruimte in Nederland.
# Aan de hand van de pkb's stellen provincies ''streekplannen'' op. In een streekplan staat al iets nauwkeuriger waar steden en dorpen kunnen uitbreiden.
# Aan de hand van de streekplannen stellen gemeenten ten slotte bestemmingsplannen op waarin de ruimte nauwkeurig wordt ingevuld.

Opstellen van het streekplan

Gedeputeerde staten, het dagelijks bestuur van een provincie, stellen een streekplan op. De gedeputeerde staten vragen advies aan de provinciale planologische commissie. Daarna stellen de gedeputeerde staten voor één of meer delen van de provincie, of voor de gehele provincie een streekplan op. Elke tien jaar moet het streekplan worden herzien en elke vier jaar geëvalueerd.

Het streekplan ligt ter inzage bij de provinciale griffie en de secretarie van die gemeenten waar het streekplan betrekking op heeft

Steeds meer provincies kiezen (in 2003) voor een integratie van het beleid op het gebied van ruimtelijke ordening met milieu-, waterhuishouding-, verkeer- en vervoersbeleid. Zo smeedde Drenthe enkele provinciale plannen, waaronder het streekplan, samen tot het provinciaal omgevingsplan, Flevoland ontwierp het Omgevingsplan Flevoland en Limburg maakt het Provinciaal Ontwikkelingsplan Limburg.